Het is 1 uur ‘s nachts en ben ik bijna op kantoor om even koffie te drinken als mijn telefoon gaat. Mijn collega aan de andere kant van de lijn vertelt dat, op een adres vlakbij waar ik op dat moment ben, iemand heeft gewaarschuwd omdat hij zijn buurman om hulp hoort roepen.
Op de alarmeringslijst staat dat de sleutelcode niet bekend is, dus daar schiet ik niets mee op. Ik besluit er heen te rijden om de situatie te bekijken. Het blijkt te gaan om een appartement op de tweede etage. En als ik voor de deur sta hoor ik niemand roepen.
Ik bel aan bij de buurman welke het aan ons had gemeld dat hij om hulp hoorde roepen. Deze buurman vertelde me dat tot een kwartier geleden hard om hulp en om een zuster werd geroepen. En nu is de man dus gestopt met roepen.
De vraag is of er echt iets aan de hand is. Meneer kan gevallen zijn en niet meer in staat zijn te roepen, het ernstigste scenario wat ik kan bedenken. Maar ja kan ook “gewoon” zo zijn dat meneer in de war is. Daarom aan het roepen was en dan nu in slaap gevallen. En in dat laatste geval zou verdere actie van mij niet nodig zijn.
Wat moet ik doen? Ik vraag de buurman of ik via zijn balkon mag kijken of ik iets kan zien in het appartement. Zal ik er even over heen klimmen? , vraagt de man. Hij ziet er uit als een fitte 60-er dus ja waarom niet. Oh wacht twee hoog hè lag dit appartement. Ik durf bijna niet te kijken en heb ongelooflijk spijt dat ik spontaan ja zei.
Het gaat gelukkig goed en door de vragen van deze behulpzame buurman horen we de man in het appartement zeggen dat hij hulp nodig heeft en niet kan lopen. Helaas de sleutelcode weet hij niet en de balkondeur zit ook op slot. De buurman klimt weer terug en wat dat betreft kan ik weer opgelucht ademhalen. Maar feit blijft dat ik nog steeds buiten sta en meneer binnen om hulp vraagt.
Er zit niets anders op dan de politie te bellen. Zij kunnen beslissen of de deur eventueel moet worden open gebroken of dat er wordt afgewacht. Ik ga naar beneden om de politie op te wachten. Binnen 10 minuten zijn ze gearriveerd en ik leg kort de situatie uit.
De agenten lopen met me mee naar de tweede etage. Boven vragen ze mij of ik de sleutelcode heb. Eh nee want dat had ik jullie niet hoeven te bellen he? De agent kijkt me aan en ik kan niet anders dan constateren dat het de man aan humor ontbreekt op dit tijdstip.
De agent besluit net zoals de buurman over het balkon te klimmen. En ik? Ik hou mijn ogen maar weer even dicht. “Hallo meneer, hoe gaat het met u? Ik ben van de politie.” Dat was kennelijk het sleutelwoord want de man roept de sleutelcode naar de agent.
Ik loop naar de voordeur samen met de andere agent. Ik toets de code in en als de deur opengaat ben ik benieuwd wat ik binnen aantref. Gelukkig ligt meneer in bed maar het is mij duidelijk dat hij wel wat hulp kan gebruiken. Ik stel een aantal vragen om zo de hulpvraag verder vast te kunnen stellen.
Terwijl we met dhr in gesprek zijn horen we achter het gordijn iemand op het raam tikken. De agent doet het gordijn open en daar staat zijn collega. Oh ja verhip die was op het balkon geklommen en dat was ik echt vergeten. Voor mij was de client prioriteit uiteraard maar dat de agent door zijn eigen collega werd vergeten leverde mij toch echt even de slappe lach op. Gelukkig kon ik me verschuilen in de zorgmap.
De agenten nemen afscheid en vervolgen hun dienst. Ik verzorg meneer en schrijf een rapport. Straks terug op kantoor zal ik de planning vragen om zorgmomenten voor de nacht in te zetten. Deze man kan niet de hele nacht alleen zijn.
Enigszins opgelucht en weer een nieuwe ervaring rijker rijd ik, veel later dan op de planning staat, naar de volgende client.